Skischoenen zijn een belangrijk onderdeel van je wintersportuitrusting. Het is dus verstandig om goed na te denken over de keuze van je skischoen. Hierbij moet je op verschillende punten letten, waaronder de flex, binnenschoen en loopstand. Daarnaast is de manier van passen erg belangrijk. In dit blog zetten we alle info voor je op een rij. Dus ga jij binnenkort skischoenen passen? Lees dan deze 8 tips goed door!
- Tip 1: Pas skischoenen in de middag of avond
- Tip 2: Draag skisokken tijdens het passen
- Tip 3: Probeer verschillende merken en modellen
- Tip 4: Pas de skischoenen op de juiste manier
- Tip 5: Let op de flex van een skischoen
- Tip 6: Kijk ook naar de binnenschoen
- Tip 7: Bepaal of je schoenen met of zonder loopstand wenst
- Tip 8: Houd rekening met afwijkende maten
Tip 1: Pas skischoenen in de middag of avond
De beste tijd om schoenen te gaan passen is aan het eind van de dag. Je voeten worden namelijk gedurende de dag iets groter (ze zwellen iets op). Schoenen kunnen ‘s ochtends goed zitten maar dan kan het zijn dat ze 's middags te klein zijn en pijn gaan doen.
Tip 2: Draag skisokken tijdens het passen
Aangezien je tijdens het skiën ook je skisokken aan hebt is het belangrijk om deze tijdens het passen ook te dragen. Normale sokken zijn vaak wat dunner en geven daardoor een vertekend beeld van hoe de schoenen zitten. Investeer in goede skisokken, dit is namelijk een bepalende factor van hoe lekker een schoen zit. Kies skisokken met bescherming (hier is de sok iets dikker) op de scheenbenen, wreef en hiel. Daarnaast is het belangrijk dat de sok niet te dik is en goed ademt.
Tip 3: Probeer verschillende merken en modellen
Net als bij normale schoenen verschilt de pasvorm bij verschillende merken en modellen. Het ene model kan bijvoorbeeld heel goed zitten voor iemand met een smalle voet, terwijl het andere model juist weer geschikt is voor iemand met wat plattere voeten. Door meerdere skischoenen te passen kom je erachter welke schoen bij jouw voet past. We onderscheiden mannen- en vrouwen modellen, maar in principe zijn alle skischoenen unisex. Het verschil zit vaak in de kleur, zo zijn vrouwen modellen vaak iets sierlijker en zijn mannen modellen iets stoerder.
Tip 4: Pas de skischoenen op de juiste manier
Bij het passen van skischoenen is het belangrijk dat je ze volledig dicht doet, zoals je ook zou doen wanneer je echt gaat skiën. Doe je dit niet, dan kan de skischoen te klein of te groot aanvoelen. Wanneer je alle schoenclips hebt dichtgedaan ga je eerst staan. Als je rechtop staat is het normaal dat je tenen de voorkant lichtjes raken, dan zitten ze waarschijnlijk goed. Vervolgens ga je in de skihouding staan: je buigt hiervoor je knieën licht en duwt je schenen tegen de voorkant van de schoenen. Wanneer je in de skihouding staat moet je op de volgende punten letten:
- De tenen raken de voorkant niet meer
- De hak zit goed vast, er is dus geen speling naar boven of opzij
- De schoenen knellen nergens
Tip 5: Let op de flex van een skischoen
De 'flex' van de schoen staat voor de mate van flexibiliteit van een schoen. Hoe hoger de flex is, hoe stijver de schoen zal zijn. De flexindex speelt vooral een grote rol bij het druk uitoefenen op de schoen. Door druk uit te oefenen op de voor- en zijkant, stuur je de skies aan en bepaal je de richting en snelheid. Naarmate je beter leert skiën zal je meer druk uitoefenen op de schoen. Een beginnende skiër heeft een lagere flex nodig dan een ervaren skiër. Ervaren skiërs oefenen namelijk meer druk uit en hebben daardoor een stijvere schoen nodig. Een indicatie van de flex vind je hieronder in het schema:
Stijfheid | Flex mannen | Flex vrouwen |
Soft | 70 - 90 | 60 - 70 |
Medium | 90 - 110 | 70 - 90 |
Hard | 110 - 140 | 90 - 130 |
Let op: De flex verschilt tussen verschillende merken en soms zelfs tussen modellen van hetzelfde merk. Wanneer de flexindex van twee verschillende schoenen bijvoorbeeld 100 is, betekent dit dus niet dat de mate van flexibiliteit exact gelijk is.
Tip 6: Kijk ook naar de binnenschoen
Niet alleen de buitenschoen is van belang, sterker nog: de binnenschoen is misschien wel het belangrijkste van de hele schoen. Naast het punt dat deze gewoon lekker moet zitten, is het belangrijk dat je let op de dikte van de binnenschoen. Over het algemeen hebben schoenen voor gevorderden een dunnere binnenschoen, hierdoor heb je meer contact met de schoen, je ski’s en dus met de piste. Een ander voordeel is dat een dunne binnenschoen ook minder snel uitdijt. Dikkere binnenschoenen dijen sneller uit waardoor hij dus te groot kan worden.
Tip 7: Bepaal of je skischoenen met of zonder loopstand wenst
De loopstand (of hike stand) is handig voor stukken die je zonder ski's doorbrengt, bijvoorbeeld wanneer je in een gondellift stapt, gaat lunchen of gaat feesten in de apres-ski hut. Door de loopstand aan te zetten beweegt de schoen niet alleen naar voren, maar ook naar achteren. Hierdoor wordt het lopen net iets makkelijker. Je herkent schoenen met een loopstand aan de schakelaar aan de achterzijde van de schoen. Ook zonder loopstand kun je ervoor zorgen dat je makkelijker in je schoenen kunt lopen. Maak hiervoor het klittenband en de sluitingen van je schoen los.
Tip 8: Houd rekening met afwijkende maten
Skischoenen hebben een ander maatsysteem dan bij normale schoenen. De maat van een skischoen staat gelijk aan de lengte van de binnenzool in centimeters, deze maat wordt ook wel ‘mondopoint’ genoemd. Zoals de tabel laat zien zijn er bij skischoenen ook hele en halve maten.
Skischoenen passen en kiezen is niet iets wat je overhaast moet doen. Zorg dus dat je de tijd neemt om meerdere schoenen te passen of laat je adviseren. Helemaal voorbereid op wintersport? Lees op ons blog ook hoe je de juiste skibril kiest of onze tips voor de beste snowboots.